Naar bijbelse maatstaven is ongeloof het afwijzen van wat men weet of zou kunnen weten, maar heeft afgewezen. Dergelijk ongeloof komt ook voor bij gelovigen. Wie de waarheid zoekt, zal die vinden. Daar zorgt God voor. Bij het Joodse volk was de informatie beschikbaar om de Messias te kunnen (her)kennen. Toch wees het Hem af. Het verschil tussen geloof en ongeloof is dat tussen trouw en ontrouw. In die zin is de eeuwig trouwe God gelovig. Paulus was van nature trouw aan wat Hij over God en Diens wil meende te weten. Op grond van die trouw greep God in. Veel christenen aanvaarden de Bijbel slechts gedeeltelijk, uit pure onwil of door onwetendheid. Er zijn gelovigen die naar analogie van ongelovig Israël veel afwijzen van wat zij zouden kunnen weten en daarmee ontrouw worden aan de autoriteit van het Woord. Zij verliezen daardoor niet het eeuwige leven, maar wel (geheel of gedeeltelijk) hun erfenis.
“God is een Beloner van wie Hem ernstig zoeken.”
Bijbelstudie Ab Klein Haneveld – mp3 audio
https://www.bijbelspanorama.nl/audio/ https://www.bijbelstudie.nl/