Dat gelovigen na het sterven van hun aardse lichaam naar de hemel gaan, staat nergens in de Bijbel. Zij zijn er al en het is de bedoeling dat zij die hemelse positie innemen. Dat is ook niet overeenkomstig de vaak binnen het christendom voorkomende opvatting dat de Heer oordeelt op de zogenoemde Jongste Dag. Dan laat men heel veel van de heilsgeschiedenis weg. De Heer was onmiddellijk na zijn opstanding nog niet in de hemel en had aan de met hem gekruisigde moordenaar ook beloofd ‘heden’ met hem in het Paradijs, de goede kant van het dodenrijk, te zijn. Daarom mocht men Hem ook nog niet aanraken, maar later die dag wel. Toen was Hij tot Zijn bestemming gekomen, die niet tot de zichtbare schepping behoort. Daar zijn ook de leden van Zijn Lichaam, de Gemeente. Zij volgden Hem Die de ware, levende Weg is naar het heiligdom. Ontbonden en met Christus te zijn, vond Paulus verreweg het beste, maar zelfs in zijn aardse lichaam had hij al een hemelse positie en – zoals alle gelovigen – een erfdeel.
“Opdat gij ook zijn moogt waar Ik ben.”
Bijbelstudie mp3 audio
https://www.bijbelspanorama.nl/audio/ https://www.bijbelstudie.nl/